Categoriearchief: Columns

Míjn kind te dik? Echt niet!

Het duurde een hele tijd voordat ik er van overtuigd was dat mijn dochtertje te dik was. Oké, ze was stevig. Geen probleem. Dat wilde ik wel toegeven. Overgewicht, dat werd al een stuk moeilijker. Obesitas… Wát? Nee, obesitas bij een kindje van anderhalf jaar bestaat niet.

En dan mijn omgeving. Een enkeling zei wel dat Femke aan de stevige (daar heb je de term weer) kant was. Maar al snel werd dat onbelangrijk gemaakt, want dat ging er vanzelf af. Als ik zei dat Femke voortaan echt moest opletten met eten en drinken, vonden de meesten dat onzin. “Overdreven gedoe”, hoorde ik mensen vaak zeggen. Als ik begon over obesitas (= ongezond veel overgewicht), zat er niemand meer met mij op één lijn.

Het consultatiebureau hield wel standvastig vol. We kregen extra afspraken om het beweeg- en eetpatroon te bespreken en waar mogelijk aan te passen. Echt erin geloven deed ik nog niet, maar volgzaam was ik wel. Toen het overgewicht bleef toenemen, adviseerde het bureau mij naar de huisarts te gaan voor het vragen naar een verwijsbrief voor de kinderarts. Misschien iets lichamelijks? Ja, dat zou kunnen. Ik voelde opluchting. Iets fysieks, dat zou mooi zijn. Zie je wel, het ligt niet aan mij of aan Femkes eetgedrag. Ze heeft ‘gewoon’ een stofwisselingsziekte of iets dergelijks.

Mijn huisarts heeft Femke doorverwezen. Onze dochter is helemaal onderzocht. Er is geen afwijking gevonden. Wel heeft ze extreme aanleg om dik te worden. En haar maag geeft onvoldoende signalen naar de hersenen als ze genoeg heeft gegeten. Femke moest dus gaan eten met haar verstand. Als ouder was ik het aan haar verplicht dat verstand voor haar te zijn. Zelf was ze toen immers nog maar twee jaar.

De inhoud van mijn winkelwagen moest drastisch veranderen. Ik moest het wel toegeven: onze eetgewoonten waren niet goed. Niet gezond. “Verbeter de wereld, begin bij jezelf” heb ik toen gedacht. Het werd iets breder: het gezin. Mijn boodschappen veranderden en iedereen in huis moest ‘om’. Dat ging niet zonder slag of stoot. Ik durf zelfs te zeggen: het was een zware strijd. Maar het is gelukt. En het belangrijkste van alles: onze dochter heeft gelukkig geen stofwisselingsziekte!

Juni 2009

Terug naar: Columns

The NFL game is played by millionaires with billions of dollars of revenue at stake. And then you are going to do the same thing with your hands and you are doing a push up. In 1990s the 16 bit era started and with that also the development of 3D graphics. Or, you can merely bet on the cash line or straight up winner of the game. “You have to believe me: Promising to build a wall was supposed to be the thing that let everyone else know that we weren’t ray bans sale serious about running. They also shared the Sports Illustrated Sportsman of the Year award that year.. And he did not do a good job of that after the Super Bowl. He acknowledged failing to handle his money well. It contains extra pads cheap oakleys for the helmet. “Telephone agents at my credit card company are not drug tested,” Megan told us. We’re told Wayne heard Birdman saying he’s putting the beef behind him, but believes the Cash Money honcho’s just trying to “look like the nice guy.” Weezy’s yet to hear a peep about settling his $51 million lawsuit, and until he does . Only those studies which report ‘clinically specific’ change detection strategies (or strategies that have demonstrated the ability to appropriately detect no change in unchanging normal eyes) are summarised below.. The Jaded fan is what happens after years of terrible play and heartbreak. Nick Anderson Team officials and trainers examine Orlando Magic guard Nick Anderson as cheap oakley sunglasses he lies face down on the court after colliding with Rafael Addison of the Detroit Pistons in the second quarter on fake oakleys April 5, 1995 in Orlando, Fl. The NBA playoffs provide some of the most improbable, stunning and exciting games of the year in sports. The Sydney FC chairman has raised some valid points one of which is that the Sky Blues haven’t had a home game yet. I’m going for stripes, the scenario is, so I have stripes and I have to hit my ball first. The Eagles should be able to move the ball through the air against the Packers.. The key to being able to successfully run the 46 defense is to consistently pressure the quarterback and stop the running game. Under that kind of pressure, one girl ended up losing 11 pounds in four days, which, besides being spectacularly dangerous, earned her a $500 prize. Joe Flacco must show that the loss of Pitta and Boldin is negligible, and that he can continue to show the ability that brought him the Super Bowl MVP trophy in February.. After it expired, he destroyed it.But 21 years later, in 2005, he was arrested when police conducted a sweep of NBA Jerseys Cheap illicit passports after Israeli secret service agents were caught obtaining New Zealand passports using the same method.Mr Garrett admitted the charges in the North Shore District Court and was granted permanent name suppression.According to the court file, the judge told him: “There is no public interest in what you did 20 years ago.”The judge also said Mr Garrett had led a “blameless life”, and reporting his crime would have consequences disproportionate to the crime that he committed.Yesterday, Mr Garrett said he had apologised to the baby’s family.He has yet to talk to the media about the incident, and said he was uncertain about the extent of the suppression order’s coverage.Last night, Mr Hide told Close Up that Mr Garrett’s offence was “horrific for the country for issues of citizenship and security, but it’s horrific for the family and the mother that was affected”.He took “some responsibility, if not all responsibility”, for the incident not being disclosed.He had learned of it in initial discussions about Mr Garrett’s standing for Act.The passport identity theft and a Tongan assault incident were “the only two convictions” he knew about in Mr Garrett’s past.Meanwhile, Sensible Sentencing Trust head Garth McVicar, who introduced Mr Garrett to Mr Hide, yesterday confirmed he gave Mr Garrett a character reference at the court hearing on the identity theft charges.Mr McVicar said the ideal opportunity for Mr Garrett to have disclosed the incidents would have been in his maiden speech to Parliament after the 2008 election.”That would have killed it right there and then, rather than all this carry on.”Yesterday’s disclosure is also likely to undermine the credibility Mr Garrett earned among some voters with his criticism of the foreshore and seabed repeal bill which passed its first reading in Parliament yesterday.Mr Garrett, who led the party’s “three oakley outlet strikes” policy on tougher sentencing for serious violent offences, also admitted this week that he had been convicted of assault in cheap nfl jerseys 2002 in Tonga.Labour deputy leader Annette King asked: “Is this strike two and is there a strike three?”While the issue was quite old, “it’s about the hypocrisy of taking a strong stand when you’ve got a past”, Mrs King said..

Niet voeren a.u.b.!

De kinderarts zei een keer tegen mij, vlak voor Kerst: “Als je Femke (3 jaar) tijdens Kerst alles laat eten wat ze wil en kan eten, kost het je twee maanden om die schade in te halen”. Die opmerking maakte veel indruk op mij en heb ik diep in mijn hersens gegrift.

Mijn strijd tegen het overvoeden begon. En dat was hard nodig. Bij de slager een plakje worst, bij de bakker een krentenbol, bij de kaasboer een blokje kaas, zelfs in de supermarkt bood men regelmatig een banaan aan. Niets ongezonds zou je denken. En dat klopt, redelijk. Maar genoeg is genoeg. En teveel is echt teveel. Met een extreme aanleg om dik te worden, word je dik van gezonde voeding. Je wordt dik van teveel fruit, van teveel soepstengels, van teveel magere melk, etc. Het is bijna niet te geloven, ik weet het.

Mijn moeder had er iets op bedacht. Zij zei voortaan dat Femke zwaar allergisch was. Dat zei ze bij alles wat Femke kreeg aangeboden. Want als je zegt dat je (klein)kind enorme huiduitslag krijgt of het zeer benauwd krijgt van bepaalde voeding, twijfelen mensen geen seconde: het is niet goed voor haar, dus moet ze het niet hebben. Niemand die vindt dat je overdrijft. Niemand die je probeert over te halen anders te handelen of twijfelt aan jouw oordeel.

Waarom reageert men dan anders als ik zeg dat mijn kind het niet mag hebben in verband met obesitas? Waarom zien we dat niet als ziekte? Het is tenslotte een ware bedreiging van de gezondheid van het kind. Weet je hoeveel pijn het doet, als je als ouder keer op keer moet uitleggen waarom je je kind iets ontzegt? Dat je steeds te horen krijgt dat je wel heel erg streng bent? Ouderwets streng zelfs en dat je zwaar overdrijft?

De strijd tegen obesitas is voor jezelf al moeilijk. Nog moeilijker is het als je die strijd voor een ander voert. En nóg veel moeilijker is de strijd tegen iedereen die je op andere gedachten probeert te brengen of die zelfs lak hebben aan jouw ideeën over wat gezond is voor je dochter.

Als je tegen obesitas vecht bij je jonge kind, vinden veel mensen dat je overdrijft. Maar is je kind een tiener en te dik? Schandalig dat je het zo ver hebt laten komen! Mijn advies aan ouders met obese kinderen: stel de gezondheid van je kind voorop en geloof in jezelf en in je kind!

Juni 2009

Terug naar: Columns

Ontmoedigingsbeleid

,,Hoe hebben jullie Femke uit de obesitaszone gekregen?” Vooral bezorgde oma’s en moeders vragen mij dit. Helaas, er is geen simpel antwoord. Ik zou kunnen zeggen: weten wat je kind moet eten, consequent zijn en doorzetten. Dat geeft echter aan watje kan doen, maar helpt je niet in te vullen hoe je het moet doen.

Er zijn verschillende handvatten die mij helpen, nog steeds, want het gevecht tegen overgewicht is levenslang. Eén daarvan is, wat ik voor mezelf heb genoemd, het ontmoedigingsbeleid. Wat betekent dit? Kort gezegd: zoek geen extra (onnodige) eetmomenten op. Ik geef een aantal voorbeelden.

Om te beginnen: ga niet speciaal op pad om ergens ‘gezellig’ een ijsje te gaan eten. Ga samen gezellig een spelletje doen! Of ga samen lekker fietsen. Nee, niet het dorp in waar meerdere ijscozaken zitten, maar de natuur in! Weg van het eten.

Een ander voorbeeld. Mijn kinderen eten en drinken altijd zittend aan tafel. Dat geldt voor de maaltijden, maar ook voor alle tussendoortjes. Ze mogen van tafel af als de kinderen klaar zijn. Dat geldt niet voor de snoeptussendoortjes. Gaan ze van tafel, terwijl het koekje of de limonade niet op is? Stilzwijgend haal ik het weg. Ik vraag niet of ze het nog willen hebben. Ik dring niet aan dat het op moet.

Ik heb nog iets geleerd. ,,Kijk, Femke, slagroom! Lekker! Wil je proeven? Het is echt heerlijk.” Voorheen zei ik dat meerdere keren als Femke iets niet wilde proberen. Ik drong zelfs nog aan als Femke iets wel had geproefd, maar aangaf het niet lekker te vinden. ,,Nee joh, dat (de slagroom) is wél lekker. Je hebt het vast niet goed geproefd. Kijk, iedereen zit te smullen! Hier, probeer nog een hapje.”

Nu doe ik dat anders. Allereerst bied ik haar sowieso zo min mogelijk aan, behalve natuurlijk voedsel dat ze echt nodig heeft. Mag ze iets proeven en vindt ze het niet lekker? Prima! We laten het dan voor wat het is.

Dat vergt doorzettingsvermogen; na drie jaar heeft pappa zich er eindelijk bij neergelegd dat Femke zijn enige echte Bossche Bollen niet lust. En dat valt niet mee voor een banketbakker met hart voor de zaak!

Juli 2009

Terug naar: Columns

Driftbuien

Toen Femke minder moest gaan eten, kreeg zij woedeaanvallen. De hele dag door vroeg en zeurde Femke om eten. Het ging nergens anders over. Eten, eten, eten en drinken. Zodra ze wakker werd, moest ze eten. Niet eerst wassen, plassen of aankleden. En als Femke haar zin niet kreeg, ging zij languit op de grond liggen slaan met haar vuisten en trappen met haar voeten. En schreeuwen. Heel hard, heel lang.

Gelukkig bood het consultatiebureau hulp. Meerdere keren zijn wij naar een extra consult geweest waarin de wijkverpleegkundige ons handvatten aanbood voor het omgaan met Femkes driftbuien. Zo kregen wij het advies het ongewenste gedrag van Femke te negeren. Als je dat kan, is dat de beste aanpak. Maar wij konden dat niet. Gek werden wij van haar volume in onze nabijheid.

We kregen een andere optie: zet Femke elke keer bij ongewenst gedrag apart, bijvoorbeeld op de gang of in de bijkeuken. Waarschuw haar van tevoren dat je haar gaat straffen. ‘Als je nu niet ophoudt met zeuren, zet ik je in de bijkeuken. Ik tel tot drie en dan stop je. Anders zet ik je apart.’ Als Femke stil wordt, mag zij weer terugkomen. Je beloont haar dan. ‘Ben je stil? Goed zo! Lieve meid. Kom maar.’

Heel belangrijk in deze: doen wat je zegt! En door dit consequent toe te passen, maakten wij het duidelijk voor ons allemaal waarom, wanneer en hoe Femke straf kreeg. En het hielp: de driftbuien werden minder en gingen sneller voorbij.

Toen had Femke een nieuw machtsmiddel gevonden: als ze stil was geworden en wij haar vroegen terug te komen, zei Femke: ,,Nee. Ik blijf hier.” Wij moesten er eigenlijk vreselijk om lachen, maar weer wisten we niet hoe we het beste konden reageren! Gelukkig hadden we nog een afspraak staan met de wijkverpleegkundige van het consultatiebureau om haar hulp te vragen. Een echte aanrader! Haar advies: opnieuw Femkes ongewenste gedrag negeren. En nu lukte ons dat wel, omdat dit protest stilzwijgend werd uitgevoerd!

Augustus 2009

Terug naar: Columns

Minidans met chips

Kinderen hebben veel plezier in spelen en bewegen, binnen en buiten. Vol spanning ontdekken ze zo hun wereld. Voor volwassenen adviseren deskundigen een half uur beweging per dag, maar voor peuters en kleuters ken ik eigenlijk geen richtlijnen. Toch ga ik er van uit dat beweging grote invloed heeft op de ontwikkeling van mijn kinderen. Ook sociaal, emotioneel en verstandelijk. Kortom, ik stimuleer ze om te bewegen.

Femke staat van jongs af aan al te dansen zodra ze muziek hoort. En al vroeg wist ze dat ze op dansles wilde. Voor de zomer bezochten we daarom een proefles Minidans. Femke vond het prachtig! Allemaal meisjes verkleed als prinsesjes (roze balletpakjes) rondfladderend op muziek. Enthousiast meldden we ons aan.

Als de eerste les begint, na de zomervakantie, lopen de meisjes en een enkele ouder de danszaal in. Er blijkt een danseresje jarig te zijn. Haar moeder vraagt of het meisje mag trakteren, terwijl ze een zak snoepjes in de lucht houdt. Vol verwachting kijk ik naar de dansjuf. Ik hoop dat zij beleefd nee gaat zeggen. Ondertussen tel ik de kindjes. Eén, twee, drie … zestien kindjes. Zestien traktaties? De juf vindt het, helaas, prima. Oh help, waar gaat straks de volgende moeder mee komen?

De dansles is voorbij en ik kleed Femke om. Het knispert om ons heen. ,,Mam, die wil ik ook straks!”, wijst Femke naar een chipszak. Het aantal zakken om ons heen groeit. Ik probeer Femke af te leiden door te praten over de dansles en hoe leuk die was. Ik wijs naar de snoepjes nog in haar hand en zeg dat ze boft met meteen in de eerste les een traktatie.

We lopen de kleedkamers uit richting de uitgang. Als we de bar passeren roept iemand: ,,Mevrouw, wil uw dochter ook een zakje chips?” Niet te geloven. Ik probeer rustig te blijven. ,,Nee, dank u.” Ik leg aan Femke uit dat ze al iets lekkers heeft en gelukkig weet zij dat wij ’s middags maar één keertje snoepen. Ondertussen maalt het in mijn hoofd. Waarom moet er tijdens de dansles worden getrakteerd? Waarom worden er chips uitgedeeld? Het is nota bene bijna etenstijd! Ik wil gezonde voeding en gezonde beweging! Maar hoe moet dat nou als er snoep en chips worden uitgedeeld? Femke is gelukkig blij met haar Minidans, maar ik word hier behoorlijk moedeloos van.

September 2009

Terug naar: Columns

Tussen de oren

Je hoort en leest er regelmatig over, maar je ziet haar zelden: de gezonde traktatie. Nou valt dat ook niet mee. Je hebt meer tijd nodig om een gezonde traktatie te maken dan iets kant-en-klaars te kopen. Je moet iets creatiever zijn. Bovendien wil je graag de goedkeuring van je kind. En misschien ben je bang dat jouw kind niet vet cool is met zijn gezonde traktatie en in de klas wordt uitgelachen?

Ondanks alles waagde ik het erop: ik besloot met Isabels tweede verjaardag geen snoeptraktatie te doen. Ik kwam op het idee een grabbelton te maken met cadeautjes. In een grote doos met deksel verstopte ik onder krantensnippers kleine cadeautjes. Roze verpakt voor de meisjes, stoer gestreept verpakt voor de jongens. Het werd een groot feest; de kindjes vonden het geweldig en de leidsters ook!

Twee maanden later werd Thomas zeven jaar. Hij zat in groep drie. Tja, wat kon ik voor zijn traktatie bedenken? Ik bedacht een dobbelspel en vroeg aan Thomas: ,,Wat wil je liever: trakteren op iets lekkers óf in de klas dobbelen om cadeautjes?” Ik verwachtte dat hij zou kiezen voor het lekkers. Het dobbelspel legde ik uit en Thomas was direct verkocht. ,,Lijk ik net Sinterkláás!”

Ik sleepte de IKEA-schatkist van de zolder en stopte die vol met stoere en schattige cadeaus. Ik stelde spelregels op en liet Thomas een paar ballonnen opblazen om de presentjes feestelijk te bedekken. Klaar.

’s Ochtends, op de dag van Thomas’ traktatie, stond ik voor de schatkist vol cadeautjes. ,,Zal ik er toch een paar lolly’s bij doen?”, vroeg ik me af. ,,Vinden de kindjes in zijn klas een traktatie zonder snoep of chips wel een echte traktatie?” Ik werd onzeker en ik was bang dat Thomas’ klasgenootjes het niet leuk zouden vinden…

Wat vond ik het spannend te horen van de juf hoe het was gegaan. De juf, de kinderen èn Thomas vonden de traktatie allemaal geweldig. ,,Heeft niemand dan gevraagd of Thomas ook nog iets lekkers bij zich had?” vroeg ik zekerheidshalve aan de juf. ,,Nee, niemand”, zei ze. Geweldig! Want nu wist ik het zeker: dat kinderen per se op snoep getrakteerd willen worden zit tussen onze volwassen oren. Het gaat erom ze te verrassen en dan vinden ze cadeautjes net zo leuk, zo niet leuker!

Oktober 2009

Terug naar: Columns

Anti-discriminatiebeleid

Femke heeft sterke aanleg om dik te worden. Daarom is het erg belangrijk goed op haar eet- en drinkpatroon te letten. Wij als ouders proberen daar zoveel mogelijk in te sturen.

Je kind eet en drinkt niet alleen thuis, maar ook buitenshuis. Voor veel ouders is dit een reden de moed op te geven of zelfs niet eens te beginnen aan het terugdringen van het overgewicht van hun kind. En daar gaat het mis.

Als ouder ben je verantwoordelijk voor de gezondheid van je kind. Extreem overgewicht kan ernstige gevolgen hebben en dat moet je als ouder onderkennen. Thuis moet de basis worden gelegd voor een gezond voedingspatroon. De kunst is om als ouder het goede voorbeeld te geven. Zoals je je kinderen leert dat roken en alcohol slecht zijn, zou je ze ook moeten leren dat vet, suiker en zout ongezond zijn. Zelf dus geen kasten vol snoep en chips hebben. Voeding als onderdeel van de opvoeding.

Een veel voorkomende valkuil is om te gaan vergelijken. Ik hoor mensen vaak zeggen, dat hun kind echt niet te veel eet en heel weinig snoept. Toch is het te dik. Waar ligt dat dan aan? Wij zijn gewend om ons eetpatroon te vergelijken; als mijn kind minder snoept dan het buurmeisje, vind ik dat mijn dochter weinig snoept. En hier zit de fout. Veel kinderen snoepen te vaak en te veel. Je kunt je eetpatroon niet afstemmen op je omgeving. De juiste dagelijkse hoeveelheden eten en drinken voor jouw kind vind je op de site van het Voedingscentrum. En dus niet bij je buren.

Als je thuis een consequent beleid van gezonde voeding voert, waarbij je niet meer dan twee keer per dag snoept, zijn er veel extraatjes mogelijk. Wij kwamen hier achter door ons ‘anti-discriminatiebeleid’. Toen het tot ons doordrong dat Femke obesitas had, werd ik heel streng. Ook tijdens feestjes. Eigenlijk discrimineerde ik Femke door haar krampachtig van alle eetwaar weg te houden. Femke viel af, wat eigenlijk niet mocht op die leeftijd. We konden dus een beetje de teugels laten vieren. We besloten te kijken wat er zou gebeuren als we Femke tijdens feestjes, weliswaar gedoseerd, een graantje mee zouden laten pikken van al het lekkers. Wat schetste onze verbazing: ze kon het hebben. En we deden haar er een heel groot plezier mee!

December 2009

Terug naar: Columns